| 1 | Van welke mensvisie getuigt het begrip beleving in de filosofie van Dilthey? | 
| 2 | Bewuste voorstellingen gaan volgens Damasio niet vooraf aan gevoelens, maar volgen op gevoelens. Wat betekent deze stelling voor de bewustzijnspsychologie? | 
| 3 | Wat is het verschil bij Spinoza tussen het wilsbegrip alsvoluntas en alsconatus? Wat zegt dit verschil over verschillen tussen de filosofieën van Spinoza, Dilthey en Kant? | 
| 4 | Welke samenhang brengt Spinoza aan tussen affectie, cognitie en conatie? | 
| 5 | Welke gelijkenissen zijn er tussen de filosofie van Spinoza en het boeddhisme? | 
| 6 | Welke samenhang brengt Kierkegaard aan tussen affectie, cognitie en conatie? | 
| 7 | Geef aan waarom het Godbegrip van Spinoza immanent is en dat van Kierkegaard transcendent. | 
| 8 | Welke samenhang brengt Lacan aan tussen affectie, cognitie en conatie? | 
| 9 | Wat bedoelt Lacan met de uitspraak dat de waarheid van het genot uiteindelijk buiten ons ligt? | 
| 10 | Welke samenhang brengt Foucault aan tussen affectie, cognitie en conatie? | 
| 11 | Geef aan hoe volgens Foucault in het waarheidspreken machtsverhoudingen ter discussie worden gesteld. | 
| 12 | Waarom vindt individuatie plaats in een dyadische relatie, socialisatie in een triadische relatie en spiritualiteit in de relatie van de enkeling met zichzelf? |